Hoe werkt het met de belastingdienst en crypto? Als je op 1 januari van een jaar crypto’s bezit, dan hoor je dat in je aangifte inkomstenbelasting aan te geven. Komt je totale vermogen boven een vooraf benoemde drempelwaarde? Dan moet je over het deel erboven belasting betalen.
Crypto’s vallen onder het eigen vermogen en worden belast in box 3: sparen en beleggen. Je eigen vermogen is de waarde van je bezittingen minus je schulden. Als je op 1 januari van een jaar een deel van je geld in crypto’s hebt geïnvesteerd, tel je dat dus op bij de rest van je eigen vermogen. Om de waarde te bepalen gebruik je als peildatum 1 januari van het jaar. Vermenigvuldig hiervoor de hoeveelheid crypto’s die je op dat moment in het bezit had met de prijs die toen gold.
Van de je bank of beleggingsplatform krijg je een mooi overzicht met de saldo’s aan het begin en het einde van een jaar. In het geval van crypto moet je dit zelf doen. Een hele klus als je verschillende crypto’s hebt! Om het je gemakkelijk te maken biedt On The Chain de Portfolio app aan. Als jij hierin je al je transacties bijhoudt dan kan de app een overzicht genereren met daarop de door de Belastingdienst gewenste informatie. Neem eens een kijkje op onze Abonnementen pagina voor meer informatie!
Heffingskorting
Als je totale eigen vermogen boven een bepaald bedrag uitkomt, betaal je over het deel erboven belasting. Vanaf 2021 is deze grens vastgesteld op € 50.000 of € 100.000 met fiscaal partner. Bij een vermogen onder de € 50.000 of € 100.000 met fiscaal partner betaal je dus geen belasting.
Verondersteld rendement
Afhankelijk van je eigen vermogen moet je belasting afdragen. De Belastingdienst veronderstelt namelijk dat je rendement behaalt op je vermogen. Dat rendement beschouwen zij als inkomen uit vermogen waarover je 31% belasting moet afdragen. Eigenlijk betaal je dus geen belasting over je vermogen, maar over het veronderstelde rendement.
Een andere aanname van de Belastingdienst is, dat je meer rendement behaalt naarmate je meer vermogen hebt. Daarom gelden er drie schijven met fictieve rendementen. Er wordt rekening gehouden met rendementen voor sparen (0,03%) en voor beleggen (5,69%), die tezamen een gemiddeld percentage opleveren.
De Belastingdienst rekent met een vaste vermogensmix per schijf. Daarbij gaat zij ervan uit dat spaarders een deel van hun vermogen sparen en een deel beleggen. De Belastingdienst gebruikt hiervoor een vaste verhouding per schijf. Voor de 1e schijf is dat 67% sparen en 33% beleggen.
Voorbeeld
Je bent alleenstaand en je hebt € 150.000 in crypto’s. Je hebt geen schulden. Jouw grondslag voor box 3 is dan € 150.000 – € 50.000 heffingsvrij vermogen = € 100.000.
Volgens de Tabel berekening rendement op vermogen over 2021, valt
€ 50.000 in de 1e schijf en
€ 50.000 in de 2e schijf.
Jouw verondersteld rendement in box 3 is in totaal € 3.198. Je betaalt hierover 31% belasting = € 991.
Belastingdienst en crypto – Doe aangifte!
Het is in ieder geval belangrijk dat je op je belastingaangifte aangeeft dat je crypto bezit, zelfs als de totale waarde van je crypto nog laag is. Als je dat niet doet en de koers verder stijgt, dan is dat bij de volgende aangifte misschien lastig te verklaren. Daarnaast kan de fiscus het zien als zwart geld en kun je zelfs een strafzaak wegens belastingontduiking riskeren. Hoewel crypto relatief anoniem zijn, heeft de Belastingdienst steeds meer manieren om te controleren of mensen crypto in bezit hebben. Niet aangeven is dus onverstandig.
Tip: Laat je aangifte altijd controleren door een gekwalificeerd belastingadviseur!
Inkomsten uit crypto’s
Als je gewoon af en toe wat crypto koopt en/of verkoopt, beschouwt de Belastingdienst dat als beleggen en speculeren op koerswinst, belastbaar in box 3.
Wanneer je veel handelt met een objectief winstoogmerk, waarbij extra investeringen en/of arbeid gemoeid zijn en waarmee je regelmatig extra inkomsten verdient, kan de belastingdienst de situatie anders beoordelen. Dit geldt ook als je jouw salaris of een betaling ontvangt in de vorm van crypto. Dan zul je de inkomsten waarschijnlijk moeten opgeven als inkomsten uit arbeid, overig werk of als winst uit onderneming.